Willem van der Krabben 2: verschil tussen versies
Uiterlijk
k 1 versie geïmporteerd |
Geen bewerkingssamenvatting Label: wikieditor |
||
| Regel 3: | Regel 3: | ||
Na het overlijden van zijn vader [[Johannes van der Krabben]] stond hij de weduwe bij, bij het voortzetten van het bedrijf [[Molen aan het Hoogeinde (Baardwijk)|aan het Hoogeinde]] in Baardwijk. In mei 1803 vertrok hij echter naar de [[Molen aan de Kloostersteeg (Waalwijk)|molen aan de Kloostersteeg]] in Waalwijk. Eind 1803 had hij de Waalwijkse en [[Besoijense molen]] gepacht. | Na het overlijden van zijn vader [[Johannes van der Krabben]] stond hij de weduwe bij, bij het voortzetten van het bedrijf [[Molen aan het Hoogeinde (Baardwijk)|aan het Hoogeinde]] in Baardwijk. In mei 1803 vertrok hij echter naar de [[Molen aan de Kloostersteeg (Waalwijk)|molen aan de Kloostersteeg]] in Waalwijk. Eind 1803 had hij de Waalwijkse en [[Besoijense molen]] gepacht. | ||
==Zie ook== | {{Appendix||2= | ||
==Appendix== | |||
===Bronnen=== | |||
Jan Rosendaal, 'De molenaar en zijn windmolens in de Langstraat', ''De Klopkei'' (20e jaargang, 2e kwartaal 1996) blz. 43-44. | |||
===Zie ook=== | |||
* [[Lijst van molenaars in Baardwijk]] | * [[Lijst van molenaars in Baardwijk]] | ||
* [[Lijst van molenaars in Waalwijk]] | * [[Lijst van molenaars in Waalwijk]] | ||
* [[Lijst van molenaars in Besoyen]] | * [[Lijst van molenaars in Besoyen]] | ||
}} | |||
[[Categorie:Mensen]] | [[Categorie:Mensen]] | ||
[[Categorie:Molenaars]] | [[Categorie:Molenaars]] | ||
Huidige versie van 17 jun 2025 08:34
Willem van der Krabben was molenaar in Baardwijk, Waalwijk en Besoyen.
Na het overlijden van zijn vader Johannes van der Krabben stond hij de weduwe bij, bij het voortzetten van het bedrijf aan het Hoogeinde in Baardwijk. In mei 1803 vertrok hij echter naar de molen aan de Kloostersteeg in Waalwijk. Eind 1803 had hij de Waalwijkse en Besoijense molen gepacht.
Appendix
Bronnen
Jan Rosendaal, 'De molenaar en zijn windmolens in de Langstraat', De Klopkei (20e jaargang, 2e kwartaal 1996) blz. 43-44.
Zie ook